FYI.

This story is over 5 years old.

Money

Tieners zijn schijnbaar goed met geld, dus ik vroeg er vijf om financieel advies

“Als ik met mijn zusje ben, dan zou ik sowieso niet naar een duur restaurant gaan, want zij weet welke plantjes je kunt eten.”
Tim Fraanje
Amsterdam, NL
WORKOFART-1

De middelbare school herinner ik me als een tijd waarin geld nog simpel was. Ik kocht er bier en cd’s van en dan was het op. Misschien ligt het aan het verhogen van de leeftijdsgrens voor alcohol, of komt het omdat we muziek niet meer van dure schijven afluisteren, maar jonge mensen die tot generatie Z behoren schijnen een stuk beter met geld te zijn dan de millennials, waartoe ik behoor. Het lijkt wel alsof elke tiener een megasuccesvolle vlogger is, of anders toch op zijn minst een binnenlopende webshopuitbater. Ze halen de millennials keihard rechts in, want ik breng nog steeds vrijwel al mijn geld naar kroegbazen.

Advertentie

Daarom besloot ik een stel tieners te vragen hoe zij met geld omgaan, om te kijken of zij me iets kunnen leren. Vincent Horstink, een economiedocent en een millennial van 28, vond een aantal veertienjarige leerlingen bereid om als mijn financieel adviseurs te fungeren. Dit alles vond plaats op het vwo waar Vincent lesgeeft. De school, Laar en Berg, bevindt zich in ‘t Gooi, het lommer- en villarijke gebied waar vooral televisiesterren en andere miljonairs zich thuisvoelen. Mijn testpanel is dus slim, enigszins geïnteresseerd in economie en groeit op tussen het geld. Dit kan bijna niet fout gaan.

“Soms wil iemand naar de Dunkin’ Donuts, maar dan zeg ik: ‘Meh.’ Brood is ook gewoon van deeg – het maakt geen verschil.”

Als ik arriveer en kennis met hen maak, blijken het niet allemaal vloggers te zijn. Sommigen zijn zelfstandige ondernemers in de oppasbranche en een van hen, Ole, maakt carrière bij de plaatselijke supermarkt. Ook qua toekomstplannen zijn ze niet volledig gefixeerd op poen. Reizen wordt veel genoemd, werken bij de televisie, en Nienke wil zelfs culturele antropologie en sociologie gaan studeren. Alleen Julia zegt dat ze ondernemer wil worden: ze streeft ernaar om een bed and breakfast met zwembad te beginnen. Toch zijn dit allemaal leden van generatie Z, wat volgens de statistieken moet betekenen dat ze poenwonders zijn, toch???

Om te testen of deze jongeren daadwerkelijk beter met geld omgaan dan iemand van mijn generatie, legde ik ze wat uit het leven gegrepen situaties voor en vroeg ik ze hoe zij ermee om zouden gaan.

Advertentie

Je salaris wordt gestort, wat doe je als eerst?

Julia: Feesten, want dan heb je weer geld! Vroeger spaarde ik altijd heel veel om later een hond te kunnen kopen, maar ik heb er uiteindelijk geen gekocht, want ik bedacht dat een hond niet handig zou zijn als ik straks op kamers ga. Als ik nu geld binnenkrijg, geef ik het uit. Aan feesten, kleding of Bagels and Beans.
Ole: Daar krijg je het wel op hoor!

Het is lunchtijd. Heb je wat van huis meegenomen of koop je wat?

Iedereen: Zelf eten meenemen.
Ole: Heel soms neem ik op school nog wat extra’s. En in de toetsweek ga ik naar de broodjeszaak aan de overkant.
Julia: En naar de Bagels en Beans, als we vroeg uit zijn.
Nienke: Meestal neem ik ook gewoon brood mee als ik vrij ben en ga shoppen. Soms wil iemand naar de Dunkin’ Donuts, maar dan zeg ik: “Meh.” Brood is ook gewoon van deeg – het maakt geen verschil.

Je hebt intense honger en je loopt ineens langs je favoriete, maar ook erg dure restaurant. Ga je naar binnen?

Ole: Naar binnen. Als het écht heel duur is, loop ik verder naar de Burger King.
Luca: Ik voel me altijd schuldig als mijn ouders hebben gekookt, dus dan ga ik meestal wel thuis eten.
Nienke: Ik moet het altijd drie dagen van tevoren melden als ik ergens anders wil eten, want mijn moeder haalt ziek vroeg de boodschappen.
Julia: Als het laat is, en je kunt nergens anders heen, dan wel.
Guusje: Als ik honger heb, dan heb ik geen energie en MOET ik wel eten.
Nienke: Ik ben best wel skeer daarin. Ik zou gewoon naar huis gaan, al is het tien kilometer. En als mijn zusje erbij zou zijn, dan zou ik sowieso niet naar een restaurant gaan, want zij weet welke plantjes je kunt eten. Ze zit bij de scouting. Je kunt bijvoorbeeld gewoon een brandnetel plukken en de punten van de blaadjes naar binnen vouwen. Dan smaakt het naar boerenkool.

De Bitcoinkoers staat lager dan ooit. Moet je al je geld erin stoppen?

Luca: Nee, nooit. Bitcoin is dood.
Nienke: Dit laat ik aan mijn vader over. Mijn vader wil als ik zestien ben wel de beurs voor me in de gaten houden. Je weet wel, de beurs, van RTL.
Ole: Met die cijfertjes onder in beeld. Dat is echt zó saai. Het enige wat daar leuk aan is, is als ze vertellen of er een nieuwe iPhone komt of niet.

Je moet ergens heen, maar het regent. Wat nu?

Iedereen: Fietsen!
Nienke: Ik word toch niet gebracht met de auto. Mijn ouders zeggen altijd: “Ik moet werken.” En als mijn moeder vrij is, zegt ze: “Het is mijn vrije dag.”
Guusje: Als mijn moeder vraagt of ze me moet brengen, zeg ik altijd nee. Ik weet niet waarom.

Jullie zijn duidelijk niet de achterbankgeneratie. Bestellen jullie nooit eens een Uber?

Ole: Soms, ook wel de taxi, als ik bijvoorbeeld naar een vriend ga die ergens woont waar ze geen treinstation hebben. Maar meestal pak ik het OV of de fiets.
Nienke: Ik ga ook liever gewoon fietsen, want ik heb een keer de verkeerde trein gepakt en toen ben ik in Amsterdam uitgekomen.
Guusje: Als ik helemaal naar Amsterdam of Utrecht moet, ga ik niet fietsen hoor. Dan pak ik het OV. Ik wil ook wel een elektrische fiets.
Nienke: Je bent jong, je moet conditie behouden, en dan ga je een elektrische fiets kopen?! Ik zou me echt een oma voelen op een elektrische fiets.

Je favoriete winkel heeft nog maar één dag sale, maar je hebt eigenlijk te weinig geld om iets te kopen. Wat nu?

Guusje: Als het sale is, dan moet je gaan.
Nienke: Alle winkels zijn drie kwartier fietsen van mijn huis en webshoppen durf ik niet. Dat vind ik doodeng. Je weet niet of wat je krijgt wel je maat is…
Guusje: Dan stuur je het TE-RUG.
Luca: Ik koop vaak Lonely Planets in hun webshop. Er is daar vaak korting, maar als ik geen geld heb, laat ik het lopen. Ik ga geen geld uitgeven als ik het niet heb.
Julia: Ik vraag of mijn vader iets wil voorschieten met zijn creditcard en dan geef ik het later gewoon terug.

Je hebt kledingcrisis. Hoe los je die op?

Nienke: Ik heb soms nieuwe kleren nodig, maar ik vind het vervelend om daar geld voor te vragen, en dan zegt mijn moeder op een gegeven moment: “Waarom heb je gaten in je broeken?!!!”
Guusje: Gewoon zelf een gat erin knippen en zeggen: “Mam, ik heb ECHT een nieuwe broek nodig.” Nooit gedaan hoor, maar is het wel een goeie.
Nienke: Als ik kleding van mijn oma krijg, vind ik het leuk om in te knippen. Anders ziet het eruit als iets wat mijn oma zou dragen.
Guusje: Het is letterlijk van je oma.

Je bent oud genoeg om naar clubs en kroegen te gaan. Zou je dat doen?

Kate: Je kan niet vier keer per maand naar een feestje gaan dat vijftig euro kost.
Julia: Als ik een baan heb, werk ik heel veel én feest ik veel.

Stel: je bent in een heel chique cocktailbar. Hand op de knip?

Ole: Dan zou ik helemaal los gaan.
Nienke: De enige alcohol die ik lust is bier.
Guusje: Nix 18 hè, Nienke.
Nienke: Ik mag weleens bier, zodat ik straks niet opeens helemaal laveloos thuiskom. Ik mag ook champagne met oud en nieuw, maar dan heb ik liever Dubbelfrisss.

Je woont straks op kamers en je hebt nog 50 euro over om twee weken van te leven.

Luca: Veertien pakketten instant-noedels.
Vincent: Dan heb je bijna alles nog over, want die zijn een euro per stuk.
Kate: Je kunt aan mensen vragen: “Hé kan ik bij jou eten?”
Nienke: Het kost 60 cent om je hele bad te vullen, weet ik nog van de basisschool. Daar kun je dus ook op besparen.

Hoeveel hebben jullie eigenlijk nog over aan het eind van de maand?

Julia: Mijn zakgeld en kleedgeld gaat sowieso op, maar ik krijg ook nog geld van het oppassen. Dat gaat alleen op in de vakantie, als je elke dag wat leuks gaat doen. Als alles op is, dan leef ik van dat geld dat ik spaarde voor die hond.
Ole: Ik probeer wel wat over te houden. Als ik een aankoop uit kan stellen, dan wacht ik. Oudere mensen zeggen altijd dat mensen van onze leeftijd geen besef hebben van geld, omdat we bijna geen contant geld gebruiken. Maar ik kijk juist altijd goed naar mijn saldo.
Luca: Ik denk dat het nu juist beter is geworden. Toen ik contant geld kreeg, gaf ik het veel makkelijker uit.
Guusje: Mijn ouders rekenen soms nog dingen om naar guldens. Dan denk ik: hallo? Het is 2019.

Ik weet genoeg. Ik neem afscheid van Vincent en mijn adviseurs en huppel vol financiële levensenergie de deur uit. Nog nooit kreeg ik in een uurtje zoveel bruikbare tips om mijn uit de hand gelopen uitgavenpatroon te beteugelen: spaar voor een hond, maar koop er geen. Eet brandnetels als je honger hebt of laat je ouders voor je koken. Ga minder dan vier keer per maand uit. Fiets door de regen. Verknip de kleren van je oma tot iets hips. Bitcoin is dood. De beurs is saai. Zorg dat je geen champagne lust. Geen donuts en bagels. Makkelijk zal het niet zijn, maar als ik al deze wijsheden toepas op mijn leven zal ik binnenkort vast een huis kunnen kopen, of wat mensen ook doen met geld dat ze overhouden.

Foto testpanel door de auteur, beelden via Getty Images, bewerking door de auteur Testpanel v.l.n.r.: Kate, Julia, Ole, Guusje, Luca

Hou je ook zo van geld? Like VICE Money en ontvang dagelijks gratis geldverhalen: