FYI.

This story is over 5 years old.

VICE Money

Trumps economische nationalisme gaat de Amerikaanse kledingindustrie lamleggen

Als je terugkijkt naar de manier waarop Hitlers nationalistische beleid de kledingindustrie in nazi-Duitsland heeft verwoest, zie je wat de Amerikaanse kledingindustrie te wachten staat onder Trumps motto “Amerika eerst”.

In de eerste weken van februari stroomden duizenden mensen van over de hele wereld naar New York om de nieuwste shows van de Fashion Week te zien. Zeven dagen lang kleedden ontwerpers uit landen als Duitsland en India de modellen afkomstig uit Jamaica en Ghana in collecties de geproduceerd zijn in bijvoorbeeld Italië en Japan. Het tweejaarlijkse evenement, dat ook plaatsvindt in andere culturele hoofdsteden als Parijs, Londen, Milaan en Amsterdam, illustreert het mondiale karakter van de mode.

Advertentie

Sinds Trump de Amerikaanse presidentsverkiezing in november heeft gewonnen, zien veel Amerikanen in de kledingindustrie zijn presidentschap als een bedreiging voor hun sector. Vanaf het begin van zijn campagne is Trump hypernationalistisch, van zijn economische beleid tot het harde optreden tegen immigratie. Mode is echter geen sector die zich laat inperken door landsgrenzen. Zoals de Franse minister van cultuur, Audrey Azoula, recent uitlegde: "Populistische krachten absoluut onverenigbaar met het idee van mode en vrijheid."

In het verleden hebben we dit type nationalisme en de schadelijke effecten ervan op de kledingindustrie van een land al eerder gezien. Adolf Hitlers obsessie met de zelfvoorzienendheid van Duitsland was een stuwende kracht achter de val van de kledingindustrie van Berlijn, die floreerde voor hij aan de macht kwam. Natuurlijk is Trump geen Hitler, maar er zijn zeker overeenkomsten in de manier waarop hun economische en culturele denkbeelden de modesector in hun land in gevaar brengen.

Hitler en Trump proberen allebei om burgers te verenigen tegen een gemeenschappelijke, denkbeeldige vijand. Hitler beweerde dat de Joden de schuld hadden van de economische problemen van Duitsland, en dat gebruikte hij om de massamoord op meer dan zes miljoen mensen te rechtvaardigen. Hoewel Trump zeker geen genocide voorstelt, verspreidt hij wel vreemdelingenhaat door te beweren dat migranten banen inpikken en ernstige misdrijven plegen. Deze negatieve stereotypering gebruikt hij om de deportatie van immigranten te rechtvaardigen.

Advertentie

Voor Hitler aan de macht kwam in 1933, was Berlijn een gevierde modehoofdstad, bekend om zijn smetteloze confectiekleding. Hardwerkende Joden stonden aan de basis van dit succes. Ze beheersten dit ambacht al sinds begin achttiende eeuw. Op het hoogtepunt waren er ongeveer 2400 Joodse kledingbedrijven in Duitsland.

"Joden hadden vaak fijne winkels, zowel in warenhuizen als bedrijven die op zichzelf stonden," legt dr. Irene Guenther, schrijver van Nazi Chic? aan mij uit. "Ze stonden niet alleen bekend om hun ontwerpen, maar ook om het zorgvuldig op maat maken van kleding. Omdat ze al zo lang in de branche zaten, werden ze ook belangrijke producenten van knopen, ritsen en stoffen."

In de VS hebben zowel gedocumenteerde als ongedocumenteerde immigranten een diepgewortelde geschiedenis in de kledingindustrie. In het begin van de twintigste eeuw kwam een golf Europese immigranten naar New York, waar ze winkels opzetten en in fabrieken werkten. Veel van deze Europese immigranten waren Joden die op de vlucht waren voor nazi's net als dat er nu vluchtelingen uit Syrië tot El Salvador asiel aanvragen. Ze namen hun expertise in ontwerpen en kledingproductie met zich mee en mede daardoor werden steden als New York een wereldwijde modehoofdstad.

De integratie van immigranten in de kledingindustrie zette zich sindsdien voort. In 2005 werd meer dan 75 procent van de arbeid in de kledingindustrie door immigranten verricht, variërend van productie tot modellenwerk. Ondanks het feit dat immigranten vaak werken in onveilige omstandigheden voor minder loon, zijn kledingfabrieken nog steeds een van de belangrijkste werkgevers voor nieuwe immigranten in de VS, vooral voor de mensen die illegaal in de VS terechtkomen. Volgens een onderzoek uit 2012 door PEW, is twintig procent van de mensen in de kledingproductie ongedocumenteerd.

Advertentie

Toen de Joden werden vervolgd tijdens het Hitlerregime, bleek dat heel schadelijk voor de Duitse mode-industrie. In 1933 probeerde Hitler de industrie compleet Arisch te maken en te ontdoen van elke Joodse invloed. Zijn inspanningen werden ondersteund door boycotts en illegale opkoping van Joodse bedrijven. De nazi's richtten ook een organisatie op, genaamd Arbeitsgemeinschaft deutsch-arischer Fabrikanten der Bekleidungsindustrie (ADEFA) om de aankoop van Arische producten te promoten.

In januari 1939 hadden de nazi's alle Joden uit de mode uitgeschakeld. "Vanwege de eeuwenoude integrale rol van de Joden in de totstandkoming van de Duitse modewereld, heeft die 'zuivering' zes jaar geduurd, langer dan in iedere andere economische sector in nazi-Duitsland," legt schrijver Lisa Pine uit in haar boek Life and Times in Nazi Germany.

Een aanzienlijk deel van de Amerikaanse kledingindustrie ligt nu onder vuur vanwege Trumps recente besluit over immigratie, dat een "versnelde verwijdering" vereist van "illegale vreemdelingen" van wie de Amerikaanse overheid gelooft dat ze geen rekening houden met de "rechtsstaat en een bedreiging vormen" voor mensen in de VS. Volgens onderzoek gaat de deportatie van 11 miljoen immigranten zonder verblijfsvergunning de Amerikaanse regering 114 miljard dollar kosten. Maar het is niet alleen het werk dat immigraten doen dat het land verrijkt, het is ook de cultuur die ze met zich meebrengen die de Amerikaanse mode-industrie zo succesvol maakt.

Advertentie

"Ze komen ergens anders vandaan en brengen andere culturele gebruiken en verhalen met zich mee die de Amerikaanse mode heel anders en spannend maken, of het nou Raf Simons is of Diane von Furstenberg," legt dr. Guenther uit. "Het was de kortzichtigheid van het Hitlerregime, hun xenofobie die de export ruïneerde en de jodenvervolging betekende het vervolgen van het grootste deel van de beste ontwerpers. Het betekende ook dat er geen nieuwe input was met visie en ondernemerschap, of zelfs kleur in de samenstelling van stoffen."

Trump heeft Amerikanen ook aangezet tot "Buy American, Hire American". De president scandeerde deze nationalistische slogan tijdens zijn inaugurele rede in januari, die impliceert dat de VS zich moeten richten op de export en niet op het importeren van goederen. Hij heeft ook voorgesteld om de Noord-Amerikaanse Vrijhandelsovereenkomst te beëindigen en heeft van Obama's Trans-Pacific Partnership afgezien, wat een bedreiging kan vormen voor de verdragen die de ontwerpers en detailhandelaren hebben met andere landen.

"We moeten onze grenzen beschermen tegen de verwoestingen van andere landen die onze producten maken, onze bedrijven stelen en onze banen vernietigen," zei Trump tegen de menigte tijdens zijn inaugurele rede. "Bescherming zal leiden tot grote welvaart en kracht."

Mussolini had dezelfde doelstellingen om een zelfvoorzienend Italië te creëren, met inbegrip van binnenlandse productie van kleding en stoffen. "Onder Mussolini moest Italiaanse kleding in Italië geproduceerd zijn van Italiaanse stoffen, en dat moest er ook duidelijk op staan," legt Eugenia Paulicelli, schrijver van Fashion Under Fascism: Beyond the Black Shirt aan mij uit. "Het idee was om Italiaanse vrouwen te overtuigen hun geld aan Italiaanse kleding uit te geven in plaats van naar Frankrijk te gaan."

Advertentie

K. Ferris schrijft in haar boek, Everyday Life in Fascist Venice 1929-40, dat "het ondersteunen van lokale en Italiaanse bedrijven door middel van toegenomen uitgaven het nieuwste kenmerk was van de patriottische consument."

"Hitler heeft op een bepaalde manier zijn eigen ruiten ingegooid," zegt dr. Guenther. "Hij was wanhopig op zoek naar inkomsten uit export, maar tegelijkertijd had hij bijna heel Europa bezet, en konden ze in bezette landen geen Duitse mode kopen. En de VS waren zeker niet van plan om Duitse mode te aan te schaffen. Het is leuk en aardig om 'America First' te roepen, maar in de jaren veertig werkte dit ook al niet."

Om Amerikaanse bedrijven nog meer te ontmoedigen om over de hele wereld te produceren, heeft Trump een 'over de grens-belasting' voorgesteld, die ervoor zorgt dat belastingvoordelen voor Amerikaanse bedrijven in het buitenland worden weggenomen. Thomas Naskios zegt in The New York Times dat als de belastinghervormingen worden doorgevoerd, ontwerpers worden geconfronteerd met drie opties: de winkel sluiten, meer betalen om in eigen land te produceren, of kleding duurder maken voor de consument. De laatste ligt het meest voor de hand.

Vorige maand lanceerde de National Retail Federation, die sterk tegen het voorstel van de Republikeinen is, een reclame die waarschuwt voor de effecten van deze nieuwe belasting. Het spotje, een parodie op de tellsellreclames, beweert dat deze maatregel ervoor gaat zorgen dat het "besteedbaar inkomen verdwijnt" door belasting op artikelen zoals kleding.

Volgens de American Apparel and Footwear Association werd in 2014 97,5 procent van de kleding geïmporteerd. Ondanks de inspanningen om de modeproductie in de VS te houden, blijven veel kleine merken en retailgiganten doorgaan met productie van kleding in landen als China en India vanwege de lagere productiekosten. Zelfs Trump heeft een geschiedenis in het uitbesteden van de productie van artikelen voor zijn kledinglijn. De Donald J. Trump Collection-sportjacks tot -manchetknopen werden gemaakt in landen zoals Zuid-Korea en Bangladesh.

"In mode moet je vrij zijn. Vandaag de dag hebben we een economische industrie, maar ze willen de Amerikaanse industrie bevorderen, de Italiaanse, enzovoorts," legt Paulicelli uit. "Het is altijd tegenstrijdig, aan de ene kant wil je een nationaal merk promoten, maar aan de andere kant is mode iets zonder nationaliteit."

Bovenste foto: Een model op de catwalk voor de show van Anniesa Hasibuan tijdens de New York Fashion Week. ANGELA WEISS/AFP/Getty Images